Na meer dan een jaar van isolaties en vele doden

Vorig jaar werden wij voor het eerst sinds Wereld Oorlog II geconfronteerd met een onmogelijkheid om samen Pesach te vieren. Dit jaar krijgen wij weer hetzelfde voorgeschoteld. Maar toch is er een lichtpunt aan het einde van de tunnel.

Men zou verwachten dat mensen bij zulk een tijd van isolatie en weinig mogelijkheden om samen te komen meer tijd zouden nemen voor zichzelf om bij zichzelf even dieper te gaan nadenken over chayyim of leven en mavet of dood evenals over het invullen van het eigen leven in de maatschappij die voor ons ligt.

In onze gemeenschap werd er zorg gedragen dat niemand anderen zou besmetten, maar werd ook vaak met een vergrootglas naar deze schimmige wereld gekeken waar er heel wat figuren in rondlopen die de mensen zand voor de ogen proberen te strooien. Geen enkel land kon ontsnappen aan die vele brengers van valse berichtgeving en ontkenners van de CoViD-19 pandemie.

Ontkenners maken deel uit van de wereld. Al van in het begin der tijden nam de ontkenner de eerste man en vrouw in de ban en deed hen revolteren tegen Ratzon HaElohim (Gods Wil). Zij gingen in tegen Zijn mitswa om niet van de Etz haChayim te eten. Zoals vandaag nogmaals blijkt, had de mens toen het moeilijk om zich aan geboden te houden. Op dat vlak lijkt er niet veel  veranderd te zijn. Heel wat mensen negeren de verzoeken om zich veilig te stellen en afstand te houden. Ook al is het voor het goed van iedereen, blijken er toch een heel pak mensen tegenin te gaan en zelfs de ernst van deze pandemie te ontkennen.

Zo ondermijnen heel wat mensen al eeuwen de Macht van God en Zijn Recht op Soevereine Macht. Maar God laat hen, toch nog voor een tijd. Echter zal de mens moeten gaan beseffen dat God Zijn geduld eens zal op geraken en dat er dan een eind zal komen op dit samenstel van dingen.

Afgelopen weekend namen wij die beginperiode van de mens in acht. Wij keken ook hoe de mens bezoedeling en donkerte over de wonderlijke schepping van God bracht. Wij keken naar de Altijd bestaande God Die met Zijn Woord deed ontstaan.

“Vertelt onder de heidenen Zijn eer, onder alle volken Zijn wonderen.” (Ps 96:3 STV)

“Gij Heere, zijt waardig te ontvangen de heerlijkheid, en de eer, en de kracht; want Gij hebt alle dingen geschapen, en door Uw wil zijn zij, en zijn zij geschapen.” (Opb 4:11 STV)

“1  In den beginne schiep God den hemel en de aarde. 2 De aarde nu was woest en ledig, en duisternis was op den afgrond; en de Geest Gods zweefde op de wateren. 3  En God zeide: Daar zij licht! en daar werd licht. 4 En God zag het licht, dat het goed was; en God maakte scheiding tussen het licht en tussen de duisternis. 5 En God noemde het licht dag, en de duisternis noemde Hij nacht. Toen was het avond geweest, en het was morgen geweest, de eerste dag.” (Ge 1:1-5 STV)

Dit afgelopen weekend herdachten wij hoe God levende elementen op de aarde liet komen en een wezen naar Zijn beeld schiep.

“24  En God zeide: De aarde brenge levende zielen voort, naar haar aard, vee, en kruipend, en wild gedierte der aarde, naar zijn aard! En het was alzo. 25 En God maakte het wild gedierte der aarde naar zijn aard, en het vee naar zijn aard, en al het kruipend gedierte des aardbodems naar zijn aard. En God zag, dat het goed was. 26  En God zeide: Laat Ons mensen maken, naar Ons beeld, naar Onze gelijkenis; en dat zij heerschappij hebben over de vissen der zee, en over het gevogelte des hemels, en over het vee, en over de gehele aarde, en over al het kruipend gedierte, dat op de aarde kruipt. 27 En God schiep den mens naar Zijn beeld; naar het beeld van God schiep Hij hem; man en vrouw schiep Hij ze.” (Ge 1:24-27 STV)

Daar in Gan Eden kreeg de mens ook al zijn eerste opdracht, voor zichzelf en voor de aarde te zorgen;

“En God zegende hen, en God zeide tot hen: Weest vruchtbaar, en vermenigvuldigt, en vervult de aarde, en onderwerpt haar, en hebt heerschappij over de vissen der zee, en over het gevogelte des hemels, en over al het gedierte, dat op de aarde kruipt!” (Ge 1:28 STV)

“7 En de HEERE God had den mens geformeerd uit het stof der aarde, en in zijn neusgaten geblazen den adem des levens; alzo werd de mens tot een levende ziel. 8  Ook had de HEERE God een hof geplant in Eden, tegen het oosten, en Hij stelde aldaar den mens, dien Hij geformeerd had. 9 En de HEERE God had alle geboomte uit het aardrijk doen spruiten, begeerlijk voor het gezicht, en goed tot spijze; en den boom des levens in het midden van den hof, en de boom der kennis des goeds en des kwaads.” (Ge 2:7-9 STV)

“15 Zo nam de HEERE God den mens, en zette hem in den hof van Eden, om dien te bouwen, en dien te bewaren. 16  En de HEERE God gebood den mens, zeggende: Van allen boom dezes hofs zult gij vrijelijk eten; 17 Maar van den boom der kennis des goeds en des kwaads, daarvan zult gij niet eten; want ten dage, als gij daarvan eet, zult gij den dood sterven.” (Ge 2:15-17 STV)

Maar heden kunnen wij enkel besluiten dat de mens zeer weinig zorg aan moeder aarde besteed heeft. Ze hebben zich wel vermenigvuldigt maar zelfs dat niet altijd op een ordentelijke manier.

Ook al revolteerde de mens snel tegen zijn Maker, voorzag de liefhebbende God toch nog voor een oplossing, welke zoals zonde uit de mannin kwam er nu leven uit een niese of jonge nog onbesmette vrouw zou komen.

“En Ik zal vijandschap zetten tussen u en tussen deze vrouw, en tussen uw zaad en tussen haar zaad; datzelve zal u den kop vermorzelen, en gij zult het de verzenen vermorzelen.” (Ge 3:15 STV)

“En er werd een groot teken gezien in den hemel; namelijk een vrouw, bekleed met de zon; en de maan was onder haar voeten, en op haar hoofd een kroon van twaalf sterren;” (Opb 12:1 STV)

Die gezegende vrouw, die uit het zaad van koning David kwam, werd eeuwen later gemeld dat zij het kind zou dragen dat de namen zou dragen die inhouden dat God met de mens is (Immanuel) en dat God redt (Jahushua of Jeshua) en de zoon van de Allerhoogste God genoemd worden.

“30 En de engel zeide tot haar: Vrees niet, Maria, want gij hebt genade bij God gevonden. 31 En zie, gij zult bevrucht worden, en een Zoon baren, en zult Zijn naam heten JEZUS. 32 Deze zal groot zijn, en de Zoon des Allerhoogsten genaamd worden; en God, de Heere, zal Hem den troon van Zijn vader David geven. 33 En Hij zal over het huis Jakobs Koning zijn in der eeuwigheid, en Zijns Koninkrijks zal geen einde zijn. 34 En Maria zeide tot den engel: Hoe zal dat wezen, dewijl ik geen man bekenne? 35 En de engel, antwoordende, zeide tot haar: De Heilige Geest zal over u komen, en de kracht des Allerhoogsten zal u overschaduwen; daarom ook, dat Heilige, Dat uit u geboren zal worden, zal Gods Zoon genaamd worden.” (Lu 1:30-35 STV)

Redding zou die zoon brengen door als de getrouwe beleidvolle slaaf van God altijd Zijn Wil te doen en zich als loskoopoffer aan God aan te bieden.

Voor hen die ontmoedigd zijn door deze slechte wereld, chaverim, kan er hoop gesteld worden op hij die licht in de duisternis brengt. Dat kwam niet uit zichzelf maar van de Elohim Die hem ermee begenadigde.

“Jezus dan sprak wederom tot henlieden, zeggende: Ik ben het licht der wereld; die Mij volgt, zal in de duisternis niet wandelen, maar zal het licht des levens hebben.” (Joh 8:12 STV)

Die man waarover God uitsprak dat deze Zijn welbeminde zoon was, toonde zich bereid om ten dienste van God te staan.

“16 En Jezus, gedoopt zijnde, is terstond opgeklommen uit het water; en ziet, de hemelen werden Hem geopend, en hij zag den Geest Gods nederdalen, gelijk een duive, en op Hem komen. 17 En ziet, een stem uit de hemelen, zeggende: Deze is Mijn Zoon, Mijn Geliefde, in Denwelken Ik Mijn welbehagen heb!” (Mt 3:16-17 STV)

“Gelijk de Zoon des mensen niet is gekomen om gediend te worden, maar om te dienen, en Zijn ziel te geven tot een rantsoen voor velen.” (Mt 20:28 STV)

“Wie is dan de getrouwe en voorzichtige dienstknecht, denwelken zijn heer over zijn dienstboden gesteld heeft, om hunlieder hun voedsel te geven ter rechter tijd?” (Mt 24:45 STV)

Wij gedenken deze dagen die mensenzoon welke bereid was voor velen te sterven en met zijn bloed een Nieuw Verbond te ondertekenen. Op 27 maart herdenken wij dat voorname gebeuren waarbij Jezus de kelk met wijn nam en woorden tot herinnering sprak.

“26  En als zij aten, nam Jezus het brood, en gezegend hebbende, brak Hij het, en gaf het den discipelen, en zeide: Neemt, eet, dat is Mijn lichaam. 27 En Hij nam den drinkbeker, en gedankt hebbende, gaf hun dien, zeggende: Drinkt allen daaruit; 28 Want dat is Mijn bloed, het bloed des Nieuwen Testaments, hetwelk voor velen vergoten wordt, tot vergeving der zonden. 29 En Ik zeg u, dat Ik van nu aan niet zal drinken van de vrucht des wijnstoks tot op dien dag, wanneer Ik met u dezelve nieuw zal drinken in het Koninkrijk Mijns Vaders.” (Mt 26:26-29 STV)

“23  Want ik heb van den Heere ontvangen, hetgeen ik ook u overgegeven heb, dat de Heere Jezus in den nacht, in welken Hij verraden werd, het brood nam; 24 En als Hij gedankt had, brak Hij het, en zeide: Neemt, eet, dat is Mijn lichaam, dat voor u gebroken wordt; doet dat tot Mijn gedachtenis. 25 Desgelijks nam Hij ook den drinkbeker, na het eten des avondmaals, en zeide: Deze drinkbeker is het Nieuwe Testament in Mijn bloed. Doet dat, zo dikwijls als gij dien zult drinken, tot Mijn gedachtenis. 26 Want zo dikwijls als gij dit brood zult eten, en dezen drinkbeker zult drinken, zo verkondigt den dood des Heeren, totdat Hij komt.” (1Co 11:23-26 STV)

En die tijd dat hij zal komen is de tijd waar wij als broeders en zusters van Christus naar uitkijken zodat de duisternis van deze wereld voor goed zal verdwijnen.

De afgelopen dagen keken wij zo naar de Oude Wereld, maar met blijde verwachting kijken wij nu dankzij die door Jezus betaalde losprijs, uit naar Ohr HaChayyim of het licht van de Nieuwe Wereld.

Wanneer de dingen donker en schijnbaar hopeloos zijn, is het verleidelijk om zich aan passiviteit en zelfs aan wanhoop te overgeven, maar het is precies dan dat wij als mens moeten durven opstaan en duidelijk maken dat God onze Rots is en dat wij dankbaar zijn voor de voorziening van nieuw leven dat Hij voorzien heeft.

Zaterdag over acht dagen zullen wij ter herinnering brengen hoe Jeshua de weg geëffend heeft en ons vrijgekocht heeft door zich aan God als een lam aan te bieden. Datzelfde weekend herdenken wij ook die eerste vrijkoop of de deurposten waarop het bloed van een lam was gesprenkeld zodat daar de engel kon voorbij gaan en de eerstelingen sparen.

Met Jeshua hebben wij de eersteling van de Nieuwe Wereld ontvangen. Deze 2de Adam heeft aan God bewezen dat een mens trouw aan Hem kan blijven.

Heel wat mensen doen nu of het zo verschrikkelijk is, maar zij kennen niet hoe onze voorouders verbanning, afzondering of ernstige isolatie gekend hebben. Vergeleken met die beproevingen en gevangenschap welke onze voorouders moesten ondergaan zijn de beperkingen van vandaag de dag niets. Het kan dan ook geen kwaad om het verleden terug eens boven te halen ter herinnering, zodat mensen bewuster worden van hun eigen situatie en zo ook makkelijker een licht zullen kunnen waarnemen en te weten komen hoe zij deze donkere tijden de rug zullen kunnen toekeren.

Laten wij anderen daarom ook verder vertellen over de gebeurtenissen die God vraagt te herinneren tot in de eeuwigheid.

“22 Neemt dan een bundelken hysop, en doopt het in het bloed, dat in een bekken zal wezen; en strijkt aan den bovendorpel, en aan de beide zijposten van dat bloed, hetwelk in het bekken zijn zal; doch u aangaande, niemand zal uitgaan uit de deur van zijn huis, tot aan den morgen. 23 Want de HEERE zal doorgaan, om de Egyptenaren te slaan; doch wanneer Hij het bloed zien zal aan den bovendorpel en aan de twee zijposten, zo zal de HEERE de deur voorbijgaan, en den verderver niet toelaten in uw huizen te komen om te slaan.” (Ex 12:22-23 STV)

De El’Elyon zet als het ware de mens weer eens op zijn plaats. Hij laat hen voor de zoveelste keer nog eens nadenken over leven en dood. Het tweede jaar op rij worden wij er aan gehouden om thuis te blijven en in onze kleine kring die twee belangrijke momenten te herdenken. Nu kunnen wij voelen hoe die in Egypte gevangen gezinnen bang moesten afwachten in hun kleine huizen. Ook kunnen wij voelen hoe de nauwe en getrouwe leerlingen van Jeshua in die bovenkamer de maaltijd nuttigden en van hun leermeester te horen kregen dat het hun laatste maaltijd samen zou zijn.

De maaltijd die wij zaterdag 27 maart gaan nuttigen zal hopelijk niet de laatste in ons gezin zijn, maar het gaat er wel één zijn om later nog aan te denken hoe wij in onze beperkte kring dicht bij God moesten zijn met onze eigen gedachten van onze eigen huiskring. Ja want zelfs in grote familiekring mag ons samenkomen iet plaats vinden.

Met vertroosting kijken wij uit naar dat bezegelend bloed, het teken aan de wand en het teken van bevrijding. Na de zovele doden die deze wereld kent hebben wij dankzij die ene dood aan een paal, de hoop gekregen op een nieuwe wereld met een hersteld paradijs waar geen dood meer zal zijn.

“13 En dat bloed zal ulieden tot een teken zijn aan de huizen, waarin gij zijt; wanneer Ik het bloed zie, zal Ik ulieden voorbijgaan; en er zal geen plaag onder ulieden ten verderve zijn, wanneer Ik Egypteland slaan zal. 14 En deze dag zal ulieden wezen ter gedachtenis, en gij zult hem den HEERE tot een feest vieren; gij zult hem vieren onder uw geslachten tot een eeuwige inzetting.” (Ex 12:13-14 STV)

“16 En op den eersten dag zal er een heilige verzameling zijn; ook zult gij een heilige verzameling hebben op den zevenden dag; er zal geen werk op denzelven gedaan worden; maar wat van iedere ziel gegeten zal worden, datzelve alleen mag van ulieden toegemaakt worden. 17 Zo onderhoudt dan de ongezuurde broden, dewijl Ik even aan denzelfden dag ulieder heiren uit Egypteland geleid zal hebben; daarom zult gij dezen dag houden, onder uw geslachten, tot een eeuwige inzetting.” (Ex 12:16-17 STV)

“Gij zult niets eten, dat gedesemd is; in al uw woningen zult gij ongezuurde broden eten.” (Ex 12:20 STV)

Dat de komende dagen dan ook mooie dagen ter herinnering mogen zijn, waarbij Gods zegen op u en allen die Hem eren moge rusten.

+

Voorgaande

De levensreis van een Kabbalist

Het meest speciale weekend van 2018

Pesach in een verzorgings en verpleeghuis met een Joodse identiteit

Voor het eerst in jaren weer een Pesach in isolatie

Terwijl wij in Isolatie zijn: Beste wensen op dit Feest van Bevrijding – From our isolation best wishes on this Feast of Liberation

++

Aanvullende lectuur

  1. De geest en stress
  2. Religiestress en corona maatregelen
  3. Tijden van gevangenschap, verbanning en verlossing
  4. Verscheidene Verbondakkoorden 5 Aangekondigde Zaad bezegeld door Verbond met Abraham
  5. Het begin van Jezus #2 Aller Begin
  6. Het begin van Jezus #7 Een Nieuwe Adam, zoon van Abraham
  7. 13 Adar opening naar 14 Nisan
  8. Shabbat HaGadol ter voorbereiding van Pesach
  9. God is de sterkte van mijn hart
  10. Nieuw Verbond
  11. 1 en 14 Nisan – Herinnering van oude wereld en denken aan nieuwe wereld
  12. Hoop naar weer een leven in het normale

+++

Gerelateerd

  1. Het taboe op eenzaamheid doorbreken..
  2. Een kostbaar cadeau
  3. Toeval
  4. De laatste 24 uur van Jezus’ leven – Het laatste avondmaal
  5. De laatste week van Jezus’ leven – Het Pascha is over 2 dagen
  6. Met liefde heeft Hij ons gered
  7. Pesach 5780
  8. Vanuit verbondsrelatie handelen
  9. Daar juicht een toon, daar klinkt een stem
  10. Pianocompositie ‘Eindeloze Tijd’ / ‘Endless Time’
  11. 7 positieve gevolgen van de ‘corona-crisis’.
  12. Daar juicht een toon, daar klinkt een stem